Skip to main content

Wat is een boom waard?

Mijn lief en ik kwamen in Nooitgedacht wonen terwijl er nog druk gebouwd werd. We raakten er al wat aan gewend dat hier zwaar verkeer door de straat komt. Te zwaar voor de weg, maar daar is rekening mee gehouden. De stenen liggen op de kop. Als het bouwen straks klaar is worden de klinkers omgekeerd en netjes opnieuw gelegd. Het wordt vast mooi als het bouwen straks klaar is.

Nooitgedacht is een wijk waarvoor de gemeente de wervende slogan bedacht ‘Bijzonder Thuis in de Natuur’. Op het gemeentehuis dacht men vast dat deze slogan erg gepast was. Er was hier immers veel natuur. Of laat ik zeggen er stonden hier nog al wat bomen. Zomereiken vooral, met respectabele leeftijden. Niet allemaal zo oud als ik, maar toch stevige volwassen jongens. Het beloofde een lommerrijke nieuwe woonwijk te gaan worden.

Er staan nu ik dit schrijf aanzienlijk minder bomen in de wijk. De overwegingen welke bomen konden blijven en welke moesten wijken viel steeds vaker in het nadeel van vervelende bomen uit. Ik wist eerst nog niet, dat als je een bijzonder bouwkavel in de natuur moet verkopen, bomen op zo’n kavel al gauw vervelend zijn. Zelfs als je aspirant kopers lokt met die slogan over dat bijzondere wonen. Vervelende bomen moesten wijken. En zij weken. In de wijk groeide het sentiment tegen dat ongebreidelde kappen.

De gemeente riep aanvankelijk bewoners op bij te dragen aan het vergroten van de biodiversiteit. Dat klonk ons als toekomstige bewoners verleidelijk in de oren. Een plannetje in het hoofd en later ook op papier was al snel geboren. We ontdekten dat er medebewoners waren die hier al langer woonden en groene plannen hadden. Ik zocht en vond aansluiting bij hen.

De gemeente had inmiddels -schuldbewust over de foute kap- een landschapsarchitect ingehuurd, die de pacificatie moest gaan faciliteren. Na twee sessies met een zaal vol wijkbewoners lag er een plan waar wij als groengroep een zienswijze op los lieten. Daar kwam weer een reactie op die openingen bood om in de toekomst tot een aanpak te komen, waarbij ecologie en betrokkenheid van bewoners hand in gaan.

Zou het dan toch wat worden?

Laatst hoorde ik een shovel aan komen rijden. Harder dan 30 km/uur. Zo zijn die shovelchauffeurs helaas nogal eens. Met een velmachine aan de arm rijdt de shovel naar een zomerlinde achter het huis van onze overburen.  De boom, een metertje of zeven hoog wordt in een grote ijzeren klauw geklemd. Vervolgens klapt vlak boven de grond een kettingzaag uit. In luttele seconden snijdt deze door de stevige stam. Als een uit de kluiten gewassen bos bloemen steekt al dat loofhout uit de stalen greep van de shovelarm omhoog. Vervolgens wordt het rap doormidden gezaagd en in een inmiddels voorgereden gemeentelijke vrachtwagen gedumpt. De linde is vast zo’n 15 jaar oud, de hele ontmantelingsactie duurt amper 15 minuten. Ik mag mij niet boos maken. Slecht voor mijn hart. Wel spookt in mijn hoofd de vraag:

“Wat is een boom waard?”.

Blog